Zaaien: De basics

Het leuke van zaaien is dat je eigenlijk maar heel weinig nodig hebt. Het begint natuurlijk met het kiezen van je zaden. In de zadenshop vind je meer dan 140 soorten om uit te kiezen. 

Als je de zaden hebt, kan je kiezen hoe je wilt zaaien. Wil je voorzaaien of direct zaaien? Bij direct zaaien, zaai de zaden direct in de volle grond in de tuin waar je de bloemen wilt hebben. Zaai dan altijd meer zaden dan je nodig hebt omdat niet alle zaden opkomen. 

Wil je graag het hele groeiproces goed volgen en de planten al wat groter in de tuin zetten, dan kan je het beste gaan voorzaaien. Haal een zak zaai- en stekgrond. Deze is grond is lekker luchtig. Zaden kunnen hier goed in ontkiemen, de worteltjes vinden makkelijk hun weg en het teveel aan water stroomt weer makkelijk weg. Je kan ook potgrond gebruiken. Voeg hier dan een beetje vermiculiet aan toe om de grond luchtiger te maken. 

Nu heb je alleen nog iets nodig om in te zaaien. Er zijn veel zaaitrays verkrijgbaar. Die zijn heel handig om elk zaadje een eigen bakje te geven. Maar eigenlijk kan je overal in zaaien. In oude ijsbakken of saladebakjes, eierdozen, oude plantenpotjes. Let er bij de ijsbakken of saladebakjes op dat je gaatjes in de bodem maakt zodat het water weg kan stromen. Eierdozen drogen wat sneller uit. Geef die daarom regelmatig water.

Vul jouw zaaibakjes tot de rand met aarde en stop de zaadjes erin. Let er bij de zaden op of het donkerkiemers of lichtkiemers zijn. Dit bepaald namelijk of je de zaden in de grond stopt of dat je ze bovenop de grond legt. Deze informatie staat vaak achterop het zaadzakje.

Geef nu de zaaibakjes nog water en zet ze op een lichte plek. Een kas is heel fijn. Als je die niet hebt, kies dan een goede vensterbank waar de jonge plantjes veel licht krijgen.